Vroeger werd dit ook wel “dienstverlening” genoemd.
De taakstraf wordt gezien als een goed alternatief voor een korte vrijheidsstraf. De zogeheten recidivecijfers zijn gunstig, zodat de taakstraf kennelijk nuttig is, en een flink deel van de veroordeelden er van weerhoudt weer opnieuw een strafbaar feit te plegen.
De maximale duur van een taakstraf is 240 uur. Dit staat in verhouding tot een gevangenisstraf van 4 maanden.
In gevallen waarin er een zwaardere gevangenisstraf (zwaarder dan 4 maanden) aan de orde is, is de taakstraf niet geschikt.
Net zoals een geldboete wordt een taakstraf altijd opgelegd met daarbij een “subsidiaire” veroordeling tot vervangende hechtenis. Als men de taakstraf niet uitvoert, dan krijgt men daarvoor in de plaats vervangende hechtenis voor de kiezen. Daarbij worden 2 uren taakstraf vervangen door 1 dag vervangende hechtenis.
De reclassering regelt de uitvoering van de taakstraffen. Indien de taakstraf naar het oordeel van de reclassering niet of niet goed wordt uitgevoerd, wordt de zaak ingezonden naar de Officier van Justitie. Deze kan de vervangende hechtenis bevelen. Dit doet de Officier van Justitie, zonder tussenkomst van de rechter. Dat gebeurt per aangetekende brief. Daarin wordt ook gemeld dat men binnen 14 dagen bezwaar kan maken tegen het moeten ondergaan van vervangende hechtenis. Dat bezwaar moet men indienen bij de rechter die de taakstraf heeft uitgesproken.
Moet u vervangende hechtenis uitvoeren? En bent u het er niet mee eens? Of u wilt advies wat u kunt doen? Stel een vraag aan de gespecialiseerde advocaten, of neem contact op met gespecialiseerde advocaten.