De volgende periode, waarin je misschien moet blijven, duurt in principe 14 dagen. Die periode noemt men ook wel “bewaring”. Dit vindt vaak plaats in een jeugdgevangenis, in plaats van in een politiecel.
Als je zou moeten blijven, dan word je tegen het einde van deze periode van bewaring, opnieuw voor de rechter gebracht. Dan wordt door de rechtbank besloten of je nog langer moet blijven. Deze aanvullende periode duurt 30 dagen, 60 dagen of 90 dagen.
Dan komt er pas een zitting van de rechtbank, waarin wordt besloten of bewezen kan worden verklaard dat de minderjarige de wet heeft overtreden. In dat geval wordt de minderjarige veroordeeld. Dan pas wordt besloten welke straf wordt opgelegd. Als de minderjarige of het Openbaar Ministerie het niet eens is met de beslissing, kan daartegen hoger beroep worden ingesteld.