De zaak wordt ter terechtzitting aanhangig gemaakt door een dagvaarding van de Officier van Justitie die aan de verdachte wordt betekend (ofwel: uitgereikt).
Een dagvaarding is schriftelijk stuk, waarin staat vermeld wat er ten laste wordt gelegd. De tenlastelegging is een omschrijving van de feiten waarvan men verdacht wordt.
TIP:
Ontvangt u een dagvaarding, neem dan direct contact op met een advocaat, die is gespecialiseerd in strafrecht. Klik hier voor gespecialiseerde advocaten.
Het rechtsgeding neemt daarmee een aanvang (artikel 258 lid 1 Wetboek van Strafvordering).
Een verschrijving (ofwel: een fout”) in de dagvaarding maakt deze niet ongeldig en ook niet nietig. De Officier van Justitie mag fouten in de tenlastelegging verbeteren. Dat mag de Officier van Justitie ook nog op de zitting, of daarna, zelfs in hoger beroep. Als de aard van het te laste gelegde maar niet wezenlijk verandert, door de aanpassing. De rechter beslist over een dergelijke vordering tot wijziging, en wijst die vordering toe of af.
De termijn van dagvaarding is minimaal 10 dagen. In zogeheten “snelrechtprocedures” kan de termijn om te dagvaarden worden beperkt tot 3 dagen.